Langs de Garderenseweg bij het Gelderse dorp Speuld liggen sinds donderdagavond vijf dode schapen, een schokkend gezicht voor voorbijgangers. Naast de kadavers heeft veeboer René van Deuveren een bord geplaatst met de boodschap: “Wolf bedankt”.
Van Deuveren werd donderdag verrast door het lugubere tafereel toen hij door zijn raam keek en de verminkte dieren in zijn weide ontdekte. Twee schapen waren al dood, en drie andere waren zwaar gewond, happend naar adem door gaten in hun luchtpijp. In overleg met de dierenarts besloot Van Deuveren deze drie schapen te laten inslapen, gezien hun ernstige verwondingen.
Onderzoek naar wolvenaanval
Nadat hij zijn dode dieren langs de weg had gelegd, schakelde Van Deuveren onderzoeksorganisatie BIJ12 in om te bevestigen of het hier inderdaad om een wolvenaanval gaat. Hoewel de officiële uitslag van het onderzoek nog niet bekend is, twijfelt de veeboer er zelf niet aan. Van Deuveren meent dat dit onmiskenbaar het werk is van een wolf, vooral gezien eerdere aanvallen op zijn schapen.
Verdubbelde investering in hekwerk
Het is niet de eerste keer dat Van Deuveren met dit probleem te maken heeft; vorig jaar werd hij ook al getroffen door de dood van vijf schapen. Destijds had hij nog geen extra maatregelen genomen, maar inmiddels heeft hij naar eigen zeggen zo’n 4.000 euro geïnvesteerd in hoogwaardig hekwerk. Tot zijn frustratie blijkt ook deze forse investering onvoldoende om de wolf buiten te houden.
Reacties uit de omgeving
Met zijn actie langs de Garderenseweg wil Van Deuveren een krachtig signaal afgeven. Hij is van mening dat de wolf niet in dit gebied thuishoort en wil aandacht vragen voor de problemen die deze roofdieren veroorzaken. De reactie vanuit de omgeving is overwegend positief; Van Deuveren schat dat zeker dertig automobilisten zijn gestopt om hun steun te betuigen of om met eigen ogen het tafereel te aanschouwen.
In de loop van vrijdagochtend zal Van Deuveren ervoor zorgen dat de kadavers worden opgehaald. Wat denk jij over de terugkeer van de wolf in Nederland? Laat het ons weten in de reacties op Facebook.